agenda:  

Expositie tot 30 juni

30-06-2024

Oude Stadhuis
12:00 uur

Expositie Stormramp 1825

04-02-2025

Oude Stadhuis

Eiland (1) (HS 32)

Laten we de Heerengracht eens verder afwandelen. Aan het eind van de gracht ziet u als het ware een locomotief met wagons erachter. Het huis op de hoek van het Eiland en de gracht is hoger dan de achterliggende huizen. Dit moet ook in het verleden de wandelaar al opgevallen zijn. Je zou het dan ook “het hoge huis” gaan noemen.

In 1801 verkocht de gewezen sociëteit van de toebaksplanterie een pand staande op de hoek van het Eiland aan P.D. Suerdfeger, waarvan de andere helft aan secretaris M.Z. Tijl toebehoorde. Het pand werd “Het Hoge Huis” genoemd. In de 17e eeuw wordt een Gese in Het Hoge Huis genoemd. Concentreren wij ons op dit hoekpunt dan kunnen we haast vermoeden dat de panden op de gracht “de wagons” er bij hoorden. Nog enkele berichten hierover: “In 1727 laat Frederik van Bentem na ‘t huys en were op de hoek van ‘t Eiland naast dat van burgemeester Bernardus Heisman met een keukentje met een uitgang op de gracht.” In 1751 wordt het nogmaals als Bentems bezit genoemd. Het pand hierna op het Eiland was in 1832 bewoond door de tapper G. Determan.

Dan gaan we nu de straat in die men tegenwoordig Eiland noemt. Zou dit altijd zo geheten hebben? Vermoedelijk niet. We zullen het hele terrein moeten bezien tot de Eikenlaan. Het gebied werd in de 15e en 16e eeuw “De Enk” genoemd.

Pas in de 17e eeuw komt de naam Eiland op. Dus niet voor de straat maar voor het hele gebied. Waarom? Daar kunnen we alleen maar naar gissen. Misschien dat het gedeelte er omheen vroeger onder water stond of omdat het ingeklemd lag tussen de oude stadsgracht en de binnengracht. Misschien moeten we kijken naar de oorspronkelijke betekenis van het woord “Eiland” als uitland. Denk aan het woord ellendig als uitlandig (Adam en Eva buiten het paradijs). Dit gedeelte lag buiten de oude stadskern. In ieder geval de straat werd nog geen Eiland genoemd. In 1736 wordt er aangetekend “De straat op ‘t Eiland defekt”. Belangrijk en het bekendste op dit terrein is wat men “De Heilige Stede” noemt. Dit was een “Heilige plaats” waar van oudsher diverse pelgrims kwamen om die plek te bezoeken. Ongeveer op die plek te bezoeken. Ongeveer op die plek waar diverse mirakelen of wonderen zouden zijn gebeurd.

Voor en over het ontstaan had men het volgende verhaal: In 1217 was er in Friesland een kampvechter die erg veel dronk (niet alleen water) en als hij thuis kwam sloeg hij zijn vrouw en roste haar af. De vrouw werd bang voor haar man en hield zich op een dag ziek en men haar “Het Lichaam des Heeren”, wilde geven. De priester kwam en de kampvechter bood hem een beker bier aan. De priester weigerde dit. De kampvechter sloeg toen de priester op dusdanige wijze dat de beker met de hostiën uit zijn handen viel. De kampvechter werd in de ban gedaan. Hij trok naar Rome naar de paus om boete te doen. Als straf zou toen een deel van Friesland onder water gelopen zijn in 1218 (De St. Marcellusvloed). De beker zou door het water weggespoeld zijn en ergens op een plaats aangespoeld zijn. Op die plek bouwde men een kapel. Men vermoedt dat dit de plaats van de Heilige Stede is. De volgende keer hopen we hier meer van te horen. © Derk Westerhof

Jan Kijk in de Vegte maakte een maquette met daarop de Enkpoort 

Volg hier de “looproute”