Eiland (2) (HS 33)
Wanneer de Heilige Stede gesticht is, is niet bekend. Men vermoedt in het begin van de 14e eeuw. Er is een oorkonde aanwezig van 1328, maar die is vermoedelijk vervalst. Overal uit de omgeving kwamen er mensen om de Heilige Stede te bezoeken. Een en ander werd ook bevorderd door de bisschoppen van Utrecht. Zo gaf b.v. Floris van Wevelickhoven een aflaat van 40 dagen aan degenen die deze plaats bezochten. Van Dale zegt hierover: “Een aflaat is een kwijtschelding van die tijdelijke straffen welke men na de vergeving der zonden, hier of in het vagevuur nog zou moeten ondergaan. Verder zullen we niet veel op de geschiedenis van de Heilige Stede ingaan daar hierover al genoeg bekend is. Jaarlijks omstreeks de 2e zondag na Pinksteren was er een groot feest in de stad “De Hasselter Aflaat”. Men ging dan in processie van de St. Stephanuskerk naar de Heilige Stede door de straten van de stad. De straten werden schoongemaakt en de stad versierd voor dit feest. Diverse hoogwaardigheidsbekleders kwamen de stad bezoeken, o.a.: de stadhouder, de abt van Dikningen, de abt van het klooster op de Agnietenberg te Zwolle en van het Zwartewaterklooster. Die werden vereerd met geschenken. Het volk hield zich die dag bezig met allerlei volksvermaken.
De tijd van de reformatie brak aan. Het stadsbestuur sympathiseerde nog wel met de room-katholieke bevolking maar was gedwongen om de rooms- katholieke diensten tegen te gaan. Omstreeks 1580 heerste de pest in Hasselt en men besloot van stadswege om bij de Heilige Stede een pesthuis in te richten. Hiertegen kwam natuurlijk verzet van diverse mensen. Zo dreigde een zekere Jacob Koster tegen de gemeenteraad dat als zij besloten de Heilige Stede tot een pesthuis te repareren, zij er rekening mee moesten houden dat er het volgende jaar wel eens een ander gemeentebestuur aan de macht zou kunnen zijn. Voor deze uitspraak kreeg hij een geldboete. Hierop liet de vrouw van Jacob Koster weten dat degenen die besloten hadden tot de inrichting van het pesthuis, zelf de pest maar moesten krijgen.
In die jaren waren er ook enkele conflicten met de rooms‑katholieke familie v.d. Wilp die bij de Heilige Stede woonde. Zo werden ze aangemaand om de erfscheiding met de Heilige Stede op een fatsoenlijke manier te herstellen. Het volgende overkwam een van de wachters van de Enkpoort. Hij meende in de gracht (tegenwoordig Eikenlaan) een grote snoek te zien zwemmen. Uit nieuwsgierigheid klom hij van de poort af en kwam in de hof van Johan v.d. Wilp bij de H. Stede. Hier meende hij brand te bespeuren en kwam in gevecht met de voornoemde v.d. Wilp.
Op 26 oktober 1582 werd de kapel geplunderd. In 1590 werd opdracht gegeven de kapel af te breken en de stenen van de kapel werden bij opbod verkocht. Van die stenen werden ook enige huisjes gebouwd. Om bedevaartstochten tegen te gaan werden er diverse plakkaten uitgevaardigd. Op de Heilige Stede kwam o.a. een vuilnisbelt. Bij de Heilige Stede was ook een kerkhof en hier kwamen in 1614 18 soldatenhutten te staan. In latere tijden kwamen er nog seizoenarbeiders uit Hannover en Westfalen, die hier nog even bleven op hun doortocht. © Derk Westerhof