agenda:  

lezing Sippy Tigchelaar

09-04-2024

Oude Stadhuis
20:00 uur

Expositie:

13-04-2024

Oude Stadhuis

Stenendijk (2) (HS 36)

Even voorbij de molen aan de linkerzijde van de dijk stond in het verleden een herberg. Dit was een gunstige plaats voor een herberg. De dijk was de toegangsweg voor reizigers vanaf Zwolle. Deze herberg lag buiten de stadspoort zodat mensen die de stad niet in konden omdat de poorten gesloten waren altijd hier nog konden overnachten. Hier konden ook de voerlieden hun paarden voor de rijtuigen en wagens verwisselen. Vandaar dat in 1800 de herberg in handen was van het voerliedengilde. Hij werd toen verkocht aan Berend Willems. Het bleek dat de herberg “De Prins” heette. Het buitendijks land er tegenover werd “Het Prinsenland” genoemd. Wat naamgeving betreft zou sporthal “De Prinsenhof” eigenlijk aan de dijk kunnen liggen.

Dit is een geschikt moment om even stil te staan bij de watersnoodramp de 4e en 5e februari 1825 te Hasselt. Door de slechte toestand van de dijken, de storm en de watervloed braken de dijken door. Bij herberg De Prins stroomde het water naar binnen. Het voorste gedeelte van het huis stortte helemaal in en op de plek van de herberg vormde zich een kolk. Deze kolk is inmiddels al lang weer gedempt. De wallen vanaf de Enkpoort tot aan het Eiland waren op diverse plaatsen doorgebroken. Het Diamanten Bolwerk (bij Haven de Beer) stortte in. De dijk bij de Veenepoort brak door. De gehele stad liep onder water. In sommige huizen stond het water een el en twintig duim hoog. De bewoners moesten de vlucht nemen op de bovenkamers. Er werd gevreesd voor verlies van goederen. De bewoners van de grachten moesten dammen aanleggen om het water te keren. Een lading turf op de Turfwal spoelde helemaal weg. Mensenlevens liepen gevaar. Bij de Vaartdijk werd een huisgezin met een schuit gered door moedig optreden van vrienden en bekenden.

Bijzonder geprezen werd schipper Harm Doorn. Hij ging met zijn schip op vaart om mensenlevens te redden. Aan de Hasselterdijk zagen diverse mensen een gewisse dood tegemoet. Zij zaten op zolders. In totaal redde hij 40 mensen tijdens die dagen totdat hij niet meer in kon nemen. Vele personen waaronder in het bijzonder vrouwen moest hij door het water in het schip dragen. Hierbij bevond zich ook een vrouw die elk moment kon bevallen van een kind. Er werd veel schade geleden. Het land was lang nadien niet meer bruikbaar. Veel vee was verdronken. Ze hadden nog wel vee kunnen redden door ze in de Grote Kerk te drijven. In de Grote Kerk konden ze geen diensten meer houden. De grond van de kerk was verzakt en diverse graven waren ingestort. Veel inwoners hadden geen inkomen meer. Ze konden niet meer aan het werk omdat ze niet meer over de wegen konden.

Droevig is het te merken dat in de nooddagen er voorzorgsmaatregelen moesten worden genomen om roverij en plundering te voorkomen. Dit werd opgedragen aan de schutterij die wacht moest houden. Toen alles weer rustig was werden er schuiten gestuurd naar Staphorst en Rouveen om daar de mensen van levensmiddelen e.d. te voorzien. Er werd een commissie van weldadigheid ingesteld die zich bezig hield met gratis vestiging van 30 huisgezinnen. Er werd een verzoek gericht aan de regering om van rijkswege de toestand te herstellen. Zo werden velen geholpen. © Derk Westerhof

Volg hier de “looproute”