agenda:  

Lezing Lotte Jensen over de Watersnoodramp 18

04-02-2025

Teeuwland
20:00 uur

Expositie Stormramp 1825

28-03-2025

Oude Stadhuis

1404

1404

Vroegste verwijzing naar het slaan van de munt in Hasselt. (muntrecht beëindigd in 1585).

De landsheerlijke rechten van de Utrechtse bisschoppen voor het Oversticht vinden hun oorsprong in de deling van het Overijssels gebied door Karel de Grote tussen de bisschoppen van Utrecht en Munster. De steden Deventer, Kampen en Zwolle en ook Hasselt kwamen daardoor onder de Utrechtse jurisdictie. In 1364 verkrijgt de Utrechtse bisschop Jan van Arkel (1342-1364) van keizer Karel IV het recht gouden en zilveren munten te mogen slaan in alle plaatsen van het Sticht. 

De eerste bisschop, die in Hasselt landsheerlijke munten heeft laten slaan is voor zover bekend Frederik van Blankenheim (1393 -1423). In 1404 blijkt de aktiviteit van een Hasselts munthuis uit de Cameraars-rekeningen van Deventer, waaruit blijkt dat Deventer, Kampen en Zwolle daartegen aktie ondernemen. Ook worden in 1408 Hasseltse plakken te Deventer geëssayeerd. 

Op 28 mei 1416 stelt vermelde bisschop Johan den Vriesen als muntmeester te Hasselt aan en machtigt hem dubbele, enkele, halve, kwart en achtste groten te slaan, dragende het wapen van de stad Hasselt. Ook tegen deze slag hebben Deventer, Kampen en Zwolle herhaaldelijk geopponeerd.

Lees verder in een artikel van Derk Westerhof over de Hasselter munten